Voortgangsrapportage Klimaatcommitment

Naast het meten en rapporteren van het CO2-gehalte en de actieplannen, gaat deze rapportage voor het eerst ook in op de inspanningen van de sector om de energietransitie te financieren. “Er is een brede onderstroom in Nederland die verder wil op de weg die we met het klimaat zijn ingeslagen” stelt Peter Blom, met ingang van 1 oktober 2024 actief als voorzitter van de Commissie Financiële Sector Klimaatcommitment (CFSK). Om de lange termijn doelstelling van ‘net-zero’ in 2050 te behalen, wil de financiële sector graag de samenwerking met de overheid intensifiëren. Goede samenwerking tussen publieke en private partijen is van toenemend belang in de huidige geopolitieke situatie. Klimaatverandering blijft zowel economisch als ecologisch gezien een risico. De sector pleit daarom voor een kader van afspraken ten gunste van een effectieve samenwerking, zoals het formuleren van richtinggevende sectordoelen, het normeren en beprijzen van emissies en het subsidiëren van duurzame innovaties en complexe transities die  de reële economie niet (alleen) kan dragen. 

Financiering energietransitie

Het begrip transitiefinanciering is nog niet uniform gedefinieerd  en de indicatoren voor het meten van de bijdrage verschillen per instelling. Dit rapport probeert de bijdrage die financiële instellingen leveren aan de energietransitie weer te geven. Zo rapporteerden deelnemers ultimo 2023 aan activa op de balans en/of vermogensbeheer voor in totaal  56 miljard aan projecten in zon -en windenergie, 72 miljard in duurzame hypotheken, en 23 miljard in energie-infrastructuur. De CFSK gaat stevig inzetten op de financiering van de energietransitie door samen met Invest-NL aan de financiering van transitiesectoren te werken in de vorm van financieringstafels. Deze hebben als doel private financiering voor de klimaat- en energietransitie te stimuleren.

Gefinancierde emissies en actieplannen

Financiële instellingen rapporteren over een steeds groter deel van de portefeuilles het CO2-gehalte. In 2023 werden de emissies gemeten voor 83% van de totale portefeuille van de sector. Dit is een stijging van 15 procentpunt ten opzichte van 2022. Daarnaast laten de gemeten scope 1 en scope 2 emissies een daling zien van ongeveer 5%. Deze daling is deels te verklaren door maatregelen in de actieplannen van  instellingen om emissiereductie in hun portefeuilles te realiseren. Voorzichtigheid is geboden met het trekken van conclusies over een mogelijke trend in de gerapporteerde emissies op basis van de gemeten data, omdat moeilijk te herleiden is welke maatregelen impact hebben gehad op de balans en indirect op de reële economie.

Op dit moment wordt er gewerkt  aan een herziening van de huidige leidraad met als doel de rapportage in lijn te brengen met wetgeving op het gebied van duurzaamheidsrapportage, de vergelijkbaarheid te verbeteren en daarmee de inzichtelijkheid te vergroten.