Skip to Content

1. Er wordt al lang gesproken over een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zzp'ers. Waarom is die er nog niet?

“Eerlijk gezegd is er vooral lang gesproken over de vraag of zo’n verplichting er wel moest komen. Zowel in de politiek als onder zelfstandigen was er, vooral vanuit het oogpunt van ondernemersvrijheid, veel bezwaar tegen het verplichte karakter. In het pensioenakkoord, dat in 2019 is gesloten, heeft het kabinet pas de eerste stap gezet op weg naar een verplichte verzekering. Daarna ging het best hard. Een half jaar later heeft de Stichting van de Arbeid (StvdA) namelijk de tweede stap al gezet en kwam met een concrete uitwerking. De StvdA stelde voor dat zzp’ers zich verplicht moeten verzekeren, maar daarbij wel keuzemogelijkheden behouden. Nu staan we voor de derde stap: de invoering. Dat is niet alleen een impactvolle, maar ook een complexe operatie. Helemaal als je kijkt naar alle andere uitdagingen die de Belastingdienst en het UWV sowieso al op hun bordje hebben liggen.”

2. Verzekeraars hebben veel gehamerd op keuzemogelijkheden voor zzp’ers. Waarom is dat zo belangrijk?

“Omdat de klantbehoefte heel verschillend is. Op dit moment zijn er zo’n 300.000 mensen met een verzekering. Zij maken totaal verschillende keuzes als het gaat om bijvoorbeeld wachttijden, het arbeidsongeschiktheidscriterium en de uitkeringshoogte. Dat kun je nooit allemaal in een verplichte basisverzekering stoppen. Wanneer we het verplichte deel beperkt houden en ruimte bieden voor uitgebreidere dekking in een particuliere polis hoeft dat ook niet. Maar hoe je het ook vormgeeft, de invoering van een nieuw systeem duurt altijd een paar jaar. Het kost simpelweg gewoon tijd. Zonder keuzemogelijkheden zou zo’n verplichte verzekering niet ineens veel sneller kunnen worden ingevoerd.”

3. Verzekeraars denken dat het kan, maar volgens de belastingdienst is een verplichte verzekering met keuzemogelijkheden onuitvoerbaar?

“Laat ik het niet mooier maken dan het is. De invoering van een verplichte verzekering voor een diverse groep zorgt altijd voor hoofdpijn bij de uitvoerende instanties. Maar dat komt slechts voor een deel door de keuzemogelijkheden die de StvdA wil bieden. Daarom snap ik wel dat de minister eerst wil weten wat de uitvoerders aankunnen. Dan kun je vervolgens van daaruit verder werken aan de invoering van een verzekering zoals de sociale partners dat bepleiten. Er is ook niets mis met het idee om de berg van de andere kant te beklimmen, als je uiteindelijk maar op dezelfde top uitkomt.”

4. Hoe kunnen uitvoeringsobstakels worden overwonnen?

“Voor zover wij dat kunnen beoordelen, kunnen alle elementen in technische zin prima worden uitgevoerd. En uiteraard zal het één in de praktijk meer tijd en moeite kosten dan het ander. Daarom snap ik die stapsgewijze aanpak die de minister nu voorstelt ook wel. Ik denk echter niet dat de obstakels kunnen worden omzeild door het doel aan te passen en daarmee dus af te wijken van het StvdA-advies. Ook een verplichte verzekering die minder ruimte biedt om er een passende verzekering van te maken, zal het UWV en de Belastingdienst voor grote uitdagingen stellen. Het is en blijft wat dat betreft een mega-operatie, ongeacht hoe je het vormgeeft.”

5. Zowel de minister als de vakbonden houden vast aan het StvdA-advies. Doet het Verbond dat ook?

“Het StvdA-advies zit heel knap in elkaar. Er zit een goede balans in tussen verplichting en vrijheid, maar ook tussen activering en solidariteit en tussen publieke kaders en private prikkels. Wat ons betreft is het dus zeker de moeite waard om nu iets meer moeite te doen en een goed systeem voor álle zelfstandigen te bouwen, dan snelheid te laten prevaleren en misschien een jaartje te winnen doordat je het uitvoeringsgemak boven resultaat stelt. Ik heb er alle vertrouwen in dat een volgend kabinet ook tot die conclusie komt.”