Skip to Content

De conferentie had volgens Koolmees niet op een beter moment kunnen plaatsvinden. Op maandag stuurde hij een brief met de hoofdlijnen van het pensioenakkoord naar de Tweede Kamer en een dag later sprak hij maar liefst zo’n vijfhonderd conferentiedeelnemers toe.

Vertrouwen

Koolmees benadrukte in zijn videoboodschap dat de vele grote en kleine stappen altijd langer duurden dan hij vooraf dacht. “Maar, er stond ook wat op het spel. Want hoe kunnen we komen tot een pensioenstelsel, waarin we allemaal, jong en oud, vertrouwen hebben?”
De minister is ervan overtuigd dat hij met “het solide pakket, dat bestaat uit AOW en een persoonlijk pensioenvermogen”, voldoende oog heeft voor de belangen van alle generaties. Hoe? “Door een eerlijker perspectief te bieden, een transparanter en persoonlijker pensioen en een stelsel dat beter aansluit bij de huidige, moderne maatschappij.”

Stap vooruit

In een poll die directielid van Netspar en Professor of Economics Marike Knoef de deelnemers vervolgens voorlegde, bleek dat het merendeel het nieuwe pensioencontract als een stap vooruit ziet. Maar liefst 81 procent zei ja. En Verbondsdirecteur Harold Herbert noemde het op zijn beurt ‘jammer’ dat het een virtuele bijeenkomst betrof, want ook hij was wel benieuwd hoe alle gezichten erbij stonden.
Zijn eigen gezicht stond positief, hoewel hij er de afgelopen tien jaar geregeld een hard hoofd in had gehad. Helemaal toen de discussie zich verengde en meer ging over de vraag Hoe overleven we de lage rente? dan over de vraag Hoe krijgen we een toekomstbestendig pensioenstelsel?

Doorbraak

Herbert ziet het pensioenakkoord als een doorbraak naar een toekomstvast stelsel. “Het nieuwe contract is, anders dan eerdere voorstellen, een echte premieregeling. Deelnemers zien direct het verband tussen de premie, het rendement en het persoonlijke pensioenvermogen. Die transparantie helpt ook om het vertrouwen terug te winnen”, meent Herbert. “Een nieuwe vorm van zekerheid is hard nodig, zodat de vrees dat ‘mijn’ premie voor andere generaties en doeleinden wordt gebruikt, kan verdwijnen. Het glas is wat ons betreft dan ook voor driekwart vol.”

"Het glas is voor driekwart vol", aldus Harold Herbert

Deelnemers aan bestaande premieregelingen

Het pensioenakkoord betekent in die zin goed nieuws voor iedereen die nog niet in een premieregeling zit, maar Herbert benadrukte ook dat het glas voor een kwart leeg is. “Dat kwart zijn de bestaande deelnemers aan premieregelingen, zo’n 1,3 miljoen in totaal. Mensen die al eerder zijn overgestapt naar een premieregeling hebben geen problemen zoals onhoudbare verwachtingen of doorsneepremies, maar door het pensioenakkoord krijgen ze wel een probleem. Door de overstap op degressieve opbouw gaan de huidige deelnemers gemiddeld in het vervolg van hun loopbaan een kleine € 6.000 aan pensioenpremies mislopen. Dat probleem is wel gesignaleerd in het overleg, en er is ook een poging gedaan om het op te lossen door het mogelijk te maken dat bestaande deelnemers in een aparte regeling volgens het huidige systeem door mogen gaan.”

Niet één, maar twee regelingen

Herbert ziet dat in de praktijk niet werken. “We hebben het over een groep werkgevers met gemiddeld 26 werknemers. Tegen die mensen moeten we over een paar jaar zeggen ‘gefeliciteerd, het nieuwe stelsel gaat in. Vanaf nu mag u bij ons niet langer één, maar twee regelingen onderbrengen’. Dat betekent ook dat werkgevers vanaf dan twee contracten moeten aanbieden aan hun werknemers, rare premiesprongen krijgen bij in- en uitdiensttredingen en hun bestaande en nieuwe werknemers ongelijk moeten behandelen. Wij kunnen dat best uitvoeren, maar veel werkgevers zullen er niet aan beginnen. Wij verwachten daarom dat het merendeel zal overstappen op leeftijdsonafhankelijke premie, waardoor de rekening bij de deelnemer komt. De werknemers die wel de mogelijkheid krijgen door te gaan in het huidige systeem verliezen hun compensatie zodra ze uit dienst gaan. In negen van de tien gevallen landt het probleem uiteindelijk op het bord van de individuele deelnemer.”

"Het probleem landt op het bord van de individuele deelnemer"

Het eerlijke verhaal

Herbert ziet de voordelen van leeftijdsonafhankelijke premies, maar ziet ook wat de overstap kost en wie het waarschijnlijk gaat betalen. “Met die wetenschap moet nog eens worden heroverwogen of de voordelen opwegen tegen de nadelen. Het stelsel van de toekomst kan ook prima functioneren met handhaving van tijdevenredige opbouw. Het is een keuze van kabinet en sociale partners. Wij zijn slechts uitvoerders, maar voelen ons wel verantwoordelijk voor 1,3 miljoen klanten.”
Als kabinet en sociale partners na heroverweging vasthouden aan de wens over te stappen op degressieve opbouw, dan is zijn advies om ‘het eerlijke verhaal’ te vertellen aan de deelnemers. “Dat betekent dat ze erbij moeten zeggen dat het afschaffen van de leeftijdsafhankelijke premie niet voor iedereen leuk uitpakt. Anders merken die mensen pas vlak voor de pensioendatum dat ze een probleem hebben. Dan is het te laat voor oplossingen.”
De vraag van de dagvoorzitter kon daarop natuurlijk niet uitblijven. En nu? “Eerst allemaal op vakantie en op een strandbed nog eens goed nadenken of die overstap naar leeftijdsonafhankelijke premie wel echt nodig is”, besloot Herbert.

Meer interesse in de visie van het Verbond op het pensioenstelsel, kijk dan eens op onze speciale themapagina.

Conferentie terugkijken
Met 14 topsprekers en meer dan 500 deelnemers was deze conferentie met recht een succes, waar we met veel plezier op terug kijken. En dat doen we graag samen met jou. De verschillende sessies zijn terug te kijken via de onderstaande links:

Plenaire sessie: Michael Visser, video van minister Koolmees, Marike Knoef, Theo Langejan en Harold Herbert
Deelsessie 1: Uitleg van het nieuwe contract met Bas Werker en Marcel Lever
Deelsessie 2: Uitvoering met Josje Wijckmans en Kees-Jan van Vliet
Deelsessie 3: Juridische kwesties met Monique van der Poel en Erik Lutjens
Deelsessie 4: Communicatie en uitlegbaarheid met Annemarie van Hekken en Stijn van Schijndel
Deelsessie 5: Transitie met Casper van Ewijk en Arthur Arbouw