Skip to Content

Geeke Feiter: “Het slachtoffer kiest zelf”

Op deze pagina is ook content beschikbaar exclusief voor leden Log in voor toegang of vraag account aan.

Zeven avonden heeft ze met een gedupeerde van de toeslagenaffaire aan haar keukentafel gezeten. Samen zijn ze aan het werk gegaan. Geeke Feiter diende als ‘luisterend schrijver’ en kreeg zo nu en dan buikpijn tijdens het traject. “Ze heeft zo hard geknokt om niet failliet te gaan.”

Feiter deelde haar ervaringen tijdens het drukbezochte PPS Congres Balans in belangen. Een jaar eerder had de directeur Schade van het Verbond haar hand opgestoken na de inleiding van prinses Laurentien die tijdens het congres in 2023 een oproep deed. “Als je iets kunt en wilt doen, steek dan je hand op.”

Geen misverstand

Een jaar later wordt Feiter door dagvoorzitter Roelof Hemmen aan de tand gevoeld en ze laat er voor een volle zaal in Apeldoorn geen enkel misverstand over bestaan: “Ik ben uitgekomen bij degene die mij heeft uitgekozen. Zij heeft beslist wie, wat, waar en wanneer. Die regierol is voor een slachtoffer enorm belangrijk.”

Niks aan de hand

Dagvoorzitter Roelof Hemmen vraagt in een interview op het podium van theater en congrescentrum Orpheus hoe groot het probleem was. “Groot", antwoordt Feiter meteen. “Ze werkt nu als facilitair manager, maar was toen nog ondernemer. Heel lang heeft ze voor de buitenwereld gedaan of er niks aan de hand was, terwijl ze het ene gat met het andere vulde. Toen ze op weg was naar zwemles, met haar twee kinderen op de achterbank, reed ze in een politiefuik. Daar bleek dat ze een openstaande belastingschuld had, omdat de Belastingdienst de enige instantie was waarmee ze geen regeling kon treffen. Voor het oog van haar kinderen is haar auto weggesleept. Volgens het systeem klopt dat, maar het voelt natuurlijk niet goed. Ik krijg dan pijn in mijn buik.”

Verbondsdirecteur Geeke Feiter wordt geïnterviewd door dagvoorzitter Roelof Hemmen

Wat heb je voor haar kunnen betekenen?

“Dat zou je haar moeten vragen, maar volgens mij begint het met luisteren. Het is belangrijk dat er iemand is die met jou wil gaan zitten om jouw problemen op te lossen. Pas daarna volgt rechtvaardigheid en uiteindelijk een uitkering. Ze is niet met een appel en ei het bos in gestuurd, maar toch zei ze op een dag tegen me: ‘wat nou als andere slachtoffers niet zo eerlijk zijn als ik?’ Ik heb haar gerust kunnen stellen, omdat ik al langer weet dat het makkelijker liegen is op een (schade)formulier dan tegen een persoon die voor je zit. Maar het maakte mij wel weer duidelijk hoe belangrijk het is dat anderen in een vergelijkbare situatie hetzelfde krijgen als jij.”

Probleem opgelost?

“Dat het eindelijk kon worden afgerond, bood ruimte voor een nieuwe start. Zeker toen ze me vertelde: ik ga een opleiding bedrijfskunde volgen en ik word directeur, kon ik weer lachen.”

En toen ineens was Laurentien weg bij de stichting (Gelijk)waardig herstel. Wat betekende dat voor jouw toeslagouder?

“Ze kwam net bij de rekenaar vandaan. Ze was op weg naar de finish en kreeg de boodschap: sorry, we zetten de boel even stop. Dat leidde natuurlijk tot paniek, onrust en wantrouwen. Ze was weer terug bij af. Gelukkig is er uiteindelijk betaald en ik hoop van ganser harte dat de stichting (Gelijk)waardig herstel doorgaat met het goede werk.”

"Iedereen wil gezien en erkend worden"

Kun je het verhaal van Laurentien ‘vertalen’ naar de letselschadepraktijk?

“Die zeven avonden aan mijn keukentafel hebben me geleerd wat ik eigenlijk al wist: iedereen wil gezien en erkend worden. Letselschadeslachtoffers willen ook graag een snel proces en een vlotte, rechtvaardige uitkering. Helaas lukt dat niet altijd, maar waar het wel kan, moeten we met elkaar een tweede spoor opzetten, een soort fast track. Het is mij wel duidelijk dat mensen verder willen met hun leven en dat is voor mij dan ook het hogere doel geworden.”

Hoe kun je zo'n fast track bewerkstelligen?

“Het begint met erkenning. Dat geldt zowel voor het slachtoffer als voor de diverse betrokken partijen. Waarom kan een verzekeraar niet samen met de belangenbehartiger en het slachtoffer aan dezelfde tafel gaan zitten? Als je die verzekeraar ziet als mens in plaats van als tegenpartij krijg je allebei hetzelfde verhaal te horen. Heel transparant en het komt ook nog eens de snelheid ten goede. Ik zie in de praktijk dat het werkt.”

Waarom doen we dat dan niet?

“Omdat het anders is dan we gewend zijn. Wij zijn een toernooimodel gewend, staan tegenover elkaar in plaats van naast elkaar. Maar, ik ben niet van de niet. Ik ben van de wel en zie bijvoorbeeld dat de smartengeldcalculator werkt. Ik hoor ook veel goede voorbeelden. We weten allemaal dat de afhandeling sneller, transparanter en met minder discussie kan. Ik geloof er heilig in dat we van een toernooi- naar een teammodel moeten en samen aan het roer kunnen staan.”

"We weten allemaal dat de afhandeling sneller, transparanter en met minder discussie kan"

Kunnen verzekeraars dat alleen of is daar medewerking van de belangenbehartigers voor nodig?

“Als we echt uit het toernooimodel willen, dan moeten we samen kiezen voor het teammodel. Het moet teamwork zijn en tegen alle verzekeraars en belangenbehartigers zou ik willen zeggen: als je de kans krijgt om samen met het slachtoffer om de tafel te gaan, zeg JA. En als het voorstel komt om een langlopende zaak te laten beslechten door de Kamer Langlopend Letsel, zeg JA.”

En als we hier volgend jaar weer staan, op het 23e PPS Congres, wat hoop je dat er dan anders is?

“Ik hoop dat ‘mijn’ toeslagenouder dan directeur is. Ze heeft mij opgegeven als referentie voor een baan. Ik hoop dat ik word gebeld. Daarnaast hoop ik dat we dan in het teammodel kunnen samenwerken, al is het maar op kleine schaal. Samenwerken betekent dat slachtoffers eerder verder kunnen met hun leven. Alle mensen die hier in de zaal zitten, kiezen er zelf voor om met slachtoffers te werken. Ze hadden ook op de Zuidas kunnen werken, in het ziekenhuis of waar dan ook. We willen allemaal het beste voor het slachtoffer. Dat is de motor voor positieve verandering en dat is wat ons bindt. Ik blijf dan ook duwen, trekken en verleiden. Ik wil bewijzen dat het anders kan, dat we kunnen samenwerken en met elkaar het verschil kunnen maken voor het slachtoffer.”


Was dit nuttig?