Skip to Content

Het rapport van de Italiaanse bankier Mario Draghi is momenteel hét gespreksonderwerp in Brussel. Met als belangrijkste vraag: Hoe kunnen we Europa weer competitief maken? Op 17 en 18 oktober staat de bijeenkomst van de Europese Raad met regeringsleiders en staatshoofden geheel in het teken van dit rapport. In april is ook nog een ander interessant rapport verschenen van Enrico Letta. Deze Italiaanse politicus richt zijn pijlen op de toekomst van de interne markt, met bijzondere aandacht voor het creëren van een ‘Savings and Investment Union’. Beide rapporten dienen als inspiratie en input voor het beleid van de nieuwe Europese Commissie die in januari 2025 hun werkprogramma voor de komende jaren presenteert.  

Europa is niet competitief genoeg  

Om het Draghi-rapport te kunnen duiden, volgen eerst verschillende feiten die een goed beeld geven van de huidige staat van de Europese economie versus die van Amerika en China:  

  • De ECB constateert dat het aandeel sectoren waarmee China rechtstreeks met Europa concurreert bijna 40% bedraagt, tegen 25% in 2002. 
  • De Europese elektriciteitsprijzen liggen 2-3 maal hoger dan in de VS, de aardgasprijzen 4-5 keer hoger. 
  • Door de hoge energieprijzen zijn energie-intensieve industrieën minder gaan produceren waardoor de EU afhankelijker is van derde landen. 
  • Eén van de belangrijkste oorzaken van de groeiende productiviteitskloof tussen de EU en de VS, is de veel verder ontwikkelde digitale markt voor Big Tech in de VS.  
  • De Europese private en publieke investeringen in onder andere innovatie en infrastructuur lopen ver achter ten opzichte van de VS, waardoor de productiviteitskloof groter wordt. 
  • Het gebrek aan groeipotentieel voor AI-startups in Europa is vooral te zien bij op technologie gebaseerde innovatieve ondernemingen en deeptech-bedrijven. Zo gaat 61% van de totale mondiale financiering voor AI-startups naar Amerikaanse bedrijven, 17% Chinese bedrijven en slechts 6% naar de EU. 
  • Het ongelijke speelveld in de EU wordt deels verklaard door hogere nationale belastingen en andere heffingen. 

Het rapport van Mario Draghi The future of European competitiveness gaat in op de toekomst van het Europese concurrentievermogen. Om deze te verbeteren is volgens Draghi jaarlijks €750 tot €800 miljard aan extra investeringen nodig in de Europese economie. Zowel publiek als privaat voor met name de duurzame en digitale transitie. Draghi stelt dat het slecht gaat met alle drie de factoren die Europese economische groei mogelijk hebben gemaakt: de bloei van de internationale handel, goedkope energie uit Rusland en de vanzelfsprekende Amerikaanse verdediging van Europa. Deze factoren zijn onzeker geworden of zelfs helemaal verdwenen. Een gebrek aan bevolkingsgroei speelt ook een rol. Daarom heeft Draghi een ‘masterplan’ opgesteld voor het herstel van het Europees competitief vermogen. Draghi pleit voor:

  • de introductie van een ‘common safe asset’, waarmee het Europese bedrijfsleven minder afhankelijk moet worden van bankfinanciering
  • het loslaten van de conservatieve benadering van risico's (risico-avers gedrag) en zet in op publiek-private investeringen.
  • Het voltooien van de Kapitaalmarktenunie en de Bankenunie, de herziening van kapitaaleisen en soepelere securitisatie regels (proces waarbij een kredietgever, zoals een bank de hypotheken die hij bezit "herverpakt" tot effecten om aan beleggers te verkopen) zijn daarbij essentiële instrumenten.  

Aandachtpunten rapport Draghi 

  • Voer de toezegging uit om rapportageverplichtingen met 25% te verlagen. Doe hetzelfde voor het MKB tot 50%, om de proportionaliteit te handhaven. Onlangs heeft Commissievoorzitter Ursula Von der Leyen gepleit voor het benoemen van een aparte eurocommissaris voor de vermindering van regeldruk.  
  • Verlaag de kapitaaleisen voor o.a. verzekeraars bij beleggen in securitisaties.  
  • Draghi adviseert om de kapitaaleisen voor aandelenbeleggingen door verzekeraars ná de 2020 Review van Solvency II opnieuw te verlagen. 
  • Boek vooruitgang op het voltooien van de kapitaalmarktenunie (CMU). 
  • Pensioenen vormen een belangrijke investeringsbron voor Europa. Door particuliere beleggers te stimuleren te beleggen in (bedrijfs)pensioenregelingen in de tweede pijler kan Europa de geldstroom naar de kapitaalmarkten vergroten. Neem daarbij succesvolle voorbeelden uit lidstaten, zoals Nederland, over. 

In het rapport van Letta ‘Much more than a Market’ omschrijft Letta de problemen van de Europese interne markt. Deze markt werd in 1985 opgericht om de Europese integratie te versterken door handelsbelemmeringen op te heffen, eerlijke concurrentie te garanderen, samenwerking te promoten en de solidariteit tussen lidstaten te bevorderen. Sinds 1985 is het mondiale demografische en economische landschap drastisch veranderd. Zo is de afgelopen dertig jaar het aandeel van de EU in de wereldeconomie afgenomen. Hier profiteerden met name Aziatische economieën van. Om het tij te keren, moet er nu iets gebeuren. Letta ziet de interne markt als dé oplossing. 

Aandachtspunten Letta-rapport  

Naast pensioenfondsen, institutionele instellingen voor lange termijninvesteringen, ziet Letta een belangrijke rol voor verzekeraars omdat de totale financiële activa van verzekeringsmaatschappijen aanzienlijk groter is dan die van de pensioenfondsen. Samen kunnen zij het verschil maken voor de ontwikkeling van de Europese kapitaalmarkt. Andere voorstellen van Letta zijn: 

  • Voer een actief beleid om het spaargeld van Europese consumenten productiever in te zetten (in plaats van een spaarrekening).  
  • Zorg voor betere regelgeving: het functioneren van de interne markt wordt ernstig belemmerd door regeldruk, bureaucratie en lange en ingewikkelde consultatieprocessen.  
  • Stimuleer in particuliere investeringen door het auto-enrollment in tweede pijler pensioenproducten in de EU te vergroten.  
  • Stimuleer publiek-private partnerschappen om de groene transitie te financieren en kapitaal aan te trekken van pensioenfondsen en verzekeringsmaatschappijen. 
  • Stel als Commissie een alomvattend beleidskader vast voor samenwerking tussen overheden en investeerders. Alleen op deze manier kunnen Europese pensioenfondsen en verzekeraars op grote schaal betrokken worden bij de financiering van bijvoorbeeld de groene transitie. 
  • Zorg voor de verdere ontwikkeling van de Europese markt voor securitisatie. 
  • Zorg voor een grotere rol voor ESMA en EIOPA voor het toezicht op internationaal actieve fondsen en verzekeraars.   
  • Versterk de sociale dimensie binnen de interne markt. Dit bevordert inclusieve welvaart, zorgt voor eerlijke kansen, rechten en sociale bescherming voor iedereen, terwijl het bijdraagt ​​aan groei en concurrentievermogen. 
  • Harmoniseer het faillissements- en fiscaal recht.   
  • Zorg voor financiële educatie van Europese burgers.